De Europese Unie heeft een zeer gevarieerde en rijke natuur, die van grote
biologische, esthetische en economische waarde is. Om deze natuur te behouden
heeft de Europese Unie het initiatief genomen voor Natura2000. Dit is een
samenhangend netwerk van beschermde natuurgebieden. Voor Nederland gaat het in
totaal om 162 gebieden.
Inmiddels zijn er 119 gebieden voor definitieve aanwijzing in procedure
gebracht. De ontwerpbesluiten van deze aanwijzingen hebben in 2007 ter inzage
gelegen. Door de KNVvL bent u op de hoogte gesteld van de mogelijkheid om een
zienswijze in te dienen. Het belang hiervan voor uw rechtspositie ten aanzien
van eventueel te nemen beperkende maatregelen is daarbij benadrukt. Aan de hand
van een voorbeeld was het voor elke terreinbeheerder en gebruiker mogelijk om
aan de hand hiervan het lokale belang in een zienswijze onder de aandacht van
het bevoegd gezag te brengen.
De minister heeft in antwoord hierop een Nota van Antwoord naar het parlement
gestuurd. In dit document reageert de minister op de vragen en opmerkingen die
zijn ingediend in het inspraaktraject.
Actualiteit
Het Rijk en de provincies maken dit voorjaar nogal haast met de aanwijzing
van de Natura2000 gebieden en de daarbij behorende beheerplannen. De minister
van LNV heeft op 27 februari de eerste aanwijzingsbesluiten in de Staatscourant
bekendgemaakt.
Dit zijn de eerste drie gebieden die definitief zijn aangewezen:
Voornes Duin, Duinen Goeree & Kwade Hoek en Voordelta (De besluiten liggen t/m
10 april ter inzage).
De KNVvL heeft naar aanleiding van haar ingediende zienswijzen de
aanwijzingsbesluiten van de minister ontvangen.
De definitieve aanwijzing van de overige 116 gebieden volgt in de loop van 2008.
De procedure voor de resterende 43 gebieden start dit jaar.
Bezwaren
Naar aanleiding van de vele inhoudelijke en procedurele bezwaren – onder
andere van de Kamer van Koophandel, de KNVvL, VNO/NCW en NVL - over
onduidelijkheden over de Natura2000-gebieden, heeft de minister van LNV een Nota
van Antwoord geschreven, die opheldering beoogt te geven. De Nota van Antwoord
is hier te vinden:
www.overheid.nl; officiële publicaties; kamerstukken; publicatienummer 31200
XIV; volgnummer 150).
Een van de resultaten van de gemaakte bezwaren is, dat aan te wijzen gebieden
nu eerst in de vorm van een conceptaanwijzing ter inzage zullen worden gelegd.
Hierop is beroep mogelijk bij de Raad van State.
Beheerders/eigenaren van luchthavens en luchtvaartterreinen worden
geadviseerd bij de eigen provincie te vragen, wanneer die ontwerpbesluiten ter
inzage worden gelegd. Het belangrijkste voor alle terreinen is, welke
beheermaatregelen er zijn voorzien. Deze kunnen beperkingen voor de luchtsport
inhouden.
Beperkingen
Beperkingen kunnen samenhangen met het begrip “verstoring”. Alle bestaand
gebruik dient getoetst te worden op mogelijke verstoringsfactoren. De richtlijn
vereist dat beschermde soorten en habitats geen negatieve gevolgen mogen
ondervinden van activiteiten in of in de nabijheid van het aangewezen gebied.
Onlangs heeft de Raad van State in een procedure rond Maastricht Aachen
Airport hier een invulling aan gegeven. De betreffende paragraaf van de
uitspraak is hier als
bijlage bijgevoegd (PDF).
Een ander aandachtspunt is het “meebegrenzen “van nieuwe natuur in
ontwerpaanwijzingen. Soms zijn die aangrenzende gebieden bijna net zo groot als
het oorspronkelijke aan te wijzen gebied. Het is een slinkse wijze om meer
natuur aan te wijzen dan in Brussel is aangemeld. Daar waar dit geconstateerd
wordt zal bezwaar moeten worden aangetekend.
Motie
Weer een andere uitbreiding van de oorspronkelijke aanmelding zijn de
doelendocumenten. In deze doelendocumenten worden nadere doelstellingen
omschreven die Nederland heeft aangewezen boven op de Europese verplichtingen
die voortvloeien uit de Vogel- en Habitatrichtlijnen. De wijze waarop e.e.a. in
de natuurbeschermingswet (Nbw) wordt opgenomen zou betekenen dat voor de
toegevoegde doelen eenzelfde regime zou gaan gelden als voor de implementatie
van de Vogel- en Habitatrichtlijnen.
De 2de Kamer heeft op initiatief van het kamerlid Snijder – Hazelhoff (VVD)
een motie aangenomen die weliswaar toestaat dat extra natuurdoelen in
beheerplannen mogen worden opgenomen maar niets mogen toevoegen aan de
beperkingen die boeren wordt opgelegd op grond van de oorspronkelijk aangemelde
doelen. (Bijlage
2)
De Kamer vraagt daarnaast aan de minister om natuurdoelen uit de plannen te
halen wanneer ecologisch - wetenschappelijk onderzoek aantoont dat die in het
betreffende Natura2000-gebied niet haalbaar zijn, hoewel het is aangewezen voor
de instandhouding van die doelen.
Minister Verburg had al eerder toegezegd dat zij deze motie zal uitvoeren.
Adres onbekend
Een verwarrende factor kan zijn dat voor het opstellen van de
ontwerpaanwijzingen van de gebieden vaak de provincies verantwoordelijk zijn,
maar soms is dat het Rijk. Naar aanleiding van recente vragen in de Tweede Kamer
heeft het ministerie van LNV een lijst opgesteld waarin per gebied staat of
provincie dan wel rijk de trekker is. Voor nadere informatie
www.minlnv.nl/natuurwetgeving.
Quick Scan
De komende tijd zullen voor Natura 2000 gebieden beheerplannen worden
opgesteld. Deze beheerplannen gaan ook in op bestaande gebruiksvormen, waaronder
recreatie, toerisme en sport. Gebruikers zoals ondernemers, sportorganisaties
als KNVvL en georganiseerde recreantengroepen vrezen dat bestaand gebruik geen
doorgang kan vinden. Deze gevoelens van onrust leven ook in andere sectoren.
Provincies en ministeries zeggen graag duidelijkheid te willen scheppen in deze
onzekerheid door per sector een notitie op te stellen waarin bestaande
gebruiksvormen worden beoordeeld. Het bevoegd gezag kan deze notities gebruiken
bij het opstellen van een beheerplan.
De KNVvL heeft, nadat men aanvankelijk aan de luchtvaartsector voorbij was
gegaan, met steun van NOC*NSF invloed uitgeoefend op de visie die leefde bij LNV
over de verstorende werking van luchtsporten. Hiertoe is contact gezocht met
Arcadis, die in opdracht van LNV een notitie opstelt over de gebruiksvormen van
sport en recreatie.
Zoals te verwachten viel wordt alle gemotoriseerde luchtvaart in de nabijheid
van natuurgebieden geweerd. Verbazingwekkend was te vernemen dat ook alle
zweefsporten geweerd dienden te worden vanwege de silhouet werking. Vogels en
misschien ook andere dieren zouden verstoord kunnen raken.
In goed overleg is men overtuigd geraakt van de heilzame werking van
zweefsporten op de natuur. Vrijwel elke zweeflocatie is immers een oase in de
omliggende natuur. De ontwikkeling van de natuur en de hoge natuurwaarden op
zweefvliegterreinen is eerder dankzij dan ondanks deze activiteit. Het is dan
ook onbegrijpelijk dat men een beleid voert van uitplaatsing, zoals in de
toelichting nader wordt aangestipt,
lees meer (PDF).
De KNVvL zal zich dan ook inspannen om LNV van deze dwaling te doen terugkeren.
Conclusie
Natura2000 blijft een zorgelijke bedreiging voor de luchtvaart. De omgekeerde
bewijslast die geldt voor een mogelijke verstoring maakt dat elke vlieger
vogelvrij wordt verklaard voor elke willekeurige waarnemer die meent verstoring
te constateren of te suggereren. De willekeur heeft daarmee zijn intrede gedaan
in de regelgeving.
De luchtsport zou geholpen zijn met nuchtere criteria en heldere afspraken
over wat wel en wat niet is toegestaan. Afhankelijk zijn van wat iemand vindt is
geen basis voor veiligheid en samenleving.
De gedragscode GA is een goede handreiking aan de maatschappij.
Bijlagen (PDF):
|